top of page

Wissel!

Als een mud aardappelen zakt hij neer op de houten bank. Ik draai mijn hoofd naar hem toe. ‘Zo, wat is er met jou aan de hand man. Je bent niet vooruit te branden’, vraag ik. Jeroen knikt en haalt zijn schouders op. Zijn hoofd is vuurrood en verraad zijn gemoedstoestand. ‘Vanaf de eerste sprint is het al mis. Loodzware poten en geen energie’, zegt hij.


Een felle schreeuw weerkaatst via de bakstenen muren. Rumoer in de zaal. Aan de zijlijn van het veld zet een medespeler van ons een tegenstander op zijn plaats. ‘He! Die is voor ons. Kerel gedraag je eens man. Kinderachtig ventje. Doe eens even sportief joh!’ Het hoofd van onze collega is rood en rond zijn mond hangen klodders speeksel. De jonge tegenstander kijkt verbaasd naar onze teamgenoot. Dan haalt hij nonchalant zijn schouders op en geeft de bal terug. ‘Verder spelen!’, sommeert de scheidsrechter.


Op de bank kijken Jeroen ik elkaar aan. Grinnikend. De uitbarsting van onze teamgenoot wordt veroorzaakt door de pure frustratie die iedereen in ons team herkent. De geest waant zich nog in de lente, maar het lichaam vertoond sporen van een ernstige herfstdepressie.


Wissel. Herkansing. Jeroen staat op en betreedt het veld. Op de bank ga ik er eens goed voor zitten. Doorgaans is het een genot om hem te zien voetballen. Die feilloze techniek. De onberispelijke passeerbeweging en dat prachtige schot. Elegant en... ‘Scheidsrechter ben je verdomme blind!’


Mijn ogen zijn gericht op de bal, die vlak voor ons doel in een kluwen van benen is beland. Het schreeuwen trekt echter mijn aandacht, net als dat van iedereen. Het spel stopt en iedereen verlegt zijn aandacht naar het midden van de zaal. Daar staat Jeroen.


Amper een halve meter is Jeroen met zijn hoofd verwijderd van het hoofd van de corpulente scheidsrechter, maar die toont zich niet onder de indruk. Hij vertrekt geen spier en dat feit lijkt Jeroen alleen maar kwader te maken. ‘Je kunt toch zien dat ik word gehaakt. Nou? Anders stop ik toch niet met rennen!’ Dan opent de scheidsrechter zijn mond. Hij geeft Jeroen de tip om niet zo gestrest te doen. Jeroen reageert als door een adder gebeten. ‘Gestrest? Gestrest?! Ik ben helemaal niet gestrest. Weet je waar ik stress van krijg? Van die energieprijzen! Daar krijg ik pas stress van!’


Zijn gezicht is paars. Wild gaat zijn borst op en neer. Opeens bewust van de situatie kijkt hij om zich heen. Hij weet alle ogen op zich gericht. Het is oorverdovend stil. Dan kijkt hij naar de bank, waar ik hem verbaasd zit aan te staren. ‘Frank. Wissel. Nu!

2 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven

De postbode

‘Frankie? Is dit allemaal niet een beetje overdreven? In de straat zie ik helemaal niemand dit doen. Iedereen gaat gewoon naar zijn werk...

Energiewappie

Ik zucht. Naast mij hoor ik mijn vriendin met overslaande stem eisen dat we ab-so-luut de hulp gaan inroepen van een professionele...

Energiewappie

Sinds een half jaar bestaat mijn leven louter uit staafdiagrammen en cijfertjes die worden weergegeven in de app van mijn...

Comentarios


bottom of page