De expositie in het Rijksmuseum over licht in de 16e eeuw is indrukwekkend. Datzelfde geldt voor de lunch die mijn vriendin en ik halverwege de dag nuttigen. Warme broodjes, vleeswaren, zelf gemaakte jam, pindakaas, ei en sausjes: de producten zijn een tentoonstelling op zich en het is er één die ik gulzig tot mij neem. Te gulzig want opeens moet ik nodig naar het toilet.
Na een zenuwachtige zoektocht bereik ik eindelijk de toiletten. Althans, dat denk ik. Het mannetje- vrouwtje concept wordt niet toegepast en dus raak ik als simpele provinciaal volledig in de war. Ruim een minuut sta ik te twijfelen en pas dan begrijp ik dat ik in de toekomst ben aanbeland. Dus open ik de deur van het non-gender toilet en ga naar binnen.
Binnen zijn er 6 urinoirs en 4 deuren met daarachter – daar ga ik van uit – toiletten. Ik moet poepen. Poepen doe je niet in een urinoir. Dat weet ik en dat weet de vrouw die voor mij in de rij staat ook.
Dan gaat achter mij de toegangsdeur open. Een chique vrouw maakt haar entree en tot overmaat van ramp gaat ze achter mij staan. Daar staan we dan. Nog nooit was het antwoord zo makkelijk op de vraag: ‘wie
van de drie?’.
Maar goed, ik sta er nou eenmaal en omdat ik vind dat je altijd open moet staan voor nieuwe inzichten besluit ik de volledige WOKE- belevenis tot mij te nemen. Benieuwd naar het vervolg gooi ik de schroom van mij af en als ik aan de beurt ben loop ik nieuwsgierig het toilethokje in. Terwijl ik zit, denk ik aan de vrouw aan de andere kant van de deur. Nooit te beroerd voor een onschuldige provocatie kom ik in actie. Harde persgeluiden ontsnapten mijn keel. Ik kreun, stamp op de grond en bonk op de zijkant van het houten hokje. Tot slot een harde zucht van verlichting en dan rond ik af. Nu is het moment aangebroken.
Doodnormaal open ik de deur. De vrouw staat kaarsrecht. Schijnbaar onbewogen kijkt ze voor zich uit. Net langs mij heen, zodat ik haar ogen niet lezen kan. Dat probeer ik wel, want ik ben benieuwd hoe zij dit avontuur heeft ervaren. Dus blijf ik kijken. En opeens zie ik het. Amper een milliseconde schieten haar ogen in mijn richting maar wat ik zie is zonneklaar. Pure walging en vleugje haat. Dus groet ik haar vriendelijk. In gedachten wens ik haar veel sterkte toe in de toekomst. Voor nu is ze gewoked en te licht bevonden.
コメント