Het was 19.55 uur. Al ruim een uur zit ik op haar bed maar Jet wilde niet slapen. Of zoals ze zelf schreeuwt: ‘Nee! Ik wil niet slapen. Ik ben niet moehoe!’ ‘Prima’, zeg ik tegen haar. ‘Je hoeft niet te slapen. Ga maar gewoon liggen met je ogen open. Dat mag ook’. Waarop Jet schreeuwt: ‘Nee! Ik wil niet wakker blijven. En ik wil ook niet slapen!’
Dit is een ingewikkelde situatie en ik word er moedeloos van. Daardoor begin ik te filosoferen over wat er aan hand kan zijn. Misschien is Jet wel bang voor Dromenland omdat ze in Dromenland bang zijn voor haar. Misschien heeft de regering van Dromenland haar verdedigingslinies versterkt met ballistische raketten en kamikaze drones. Voor het geval Jet in aantocht is. En eerlijk gezegd geef ik ze geen ongelijk.
Haar doorzettingsvermogen en overtuigingskracht zijn onvoorstelbaar. Soms word ik er zelf ook bang van. Of het nou gaat over tandenpoetsen, kleren aantrekken of de keuze van broodbeleg: over werkelijk alles gaat ze de strijd aan
Soms is er überhaupt geen tegenpartij. Dan zit ik rustig koffie te drinken en krijg ik opeens de wind van voren omdat een legopoppetje niet in het juiste bakje zit. Dan staat Jet met een uitgestrekte arm en vinger voor mij. ‘Waarom heb jij dat legopoppetje in dat bakje gedaan, papa!’ Huh wat??
Jet is zo dominant, ze lijkt wel een dictator. Continue is ze mij de baas en dat leidt bij mij tot een grote mate van frustratie. Op die momenten ga ik heel kinderachtig verdrag vertonen. Dan noem ik haar namen. Zo van: ‘Legopoppetje? Ik heb helemaal niks gedaan. Dus stop maar met commanderen, Stalin!’
Dat is één voorbeeld. Zo door de jaren heen heb ik haar ook Hitler genoemd. Maar ook Mussolini, Trump en Poetin. Het is van een bedenkelijk opvoedkundig niveau, ik weet het, Bovendien schiet ik er niks mee op want ze wordt er niet warm of koud van.
Toch heb ik recent een zwakte bij haar ontdekt. Onlangs noemde ik haar Burgermeester Humperding. Dat is de ondeugende burgemeester in de tekenfilm Paw Patrol. Opeens was haar wereld te klein. ‘Ik ben niet Burgermeester Humperding!’, jammerde ze door haar snikken en dikke tranen door. Het half uur nadien was ze in alle staten. ‘Stil maar’, troostte ik haar. ‘Nee tuurlijk ben je niet Burgemeester Humperding. Stil maar Stalin. Stil maar.’r
Comments